Multidisciplinair samenwerken

Voor de behandeling van schisis werken we samen met een team van specialisten. Verschillende disciplines werken nauw samen om uw kind de beste zorg te bieden.

Casemanager / planning

De casemanager regelt de organisatorische zaken binnen het schisisteam. Als centraal aanspreekpunt vormt zij het contact tussen u en het team.

Plastisch chirurg / coördinator schisisteam

De plastisch chirurg voert operaties uit om de lip en/of het verhemelte te sluiten. Ook als er later correcties nodig zijn, zoals aan de lip, de neus of in de keel om de spraak te verbeteren, voert de plastisch chirurg deze operaties uit. Als u een tweede advies (second opinion) wil over een neuscorrectie en/of aanhoudende fistels in het verhemelte, kan u ook bij de plastisch chirurg terecht.

De plastisch chirurg is ook de coördinator van het schisisteam en maakt deel uit van het prenatale schisisteam.

Gynaecoloog en neonatoloog

De gynaecoloog en neonatoloog zijn betrokken in het prenatale schisisteam en de (intensieve) zorg voor pasgeborenen. Schisis wordt steeds vaker ontdekt tijdens de 20 weken screeningsecho. Binnen het UZ Brussel hebben we buitengewone expertise op het gebied van prenatale diagnostiek, waarbij aanvullend (3D) echografisch onderzoek wordt gedaan om de ernst van de schisis en andere aangeboren afwijkingen op te sporen. Daarnaast kunnen wij genetisch materiaal verkrijgen voor aanvullende onderzoeken naar aangeboren erfelijke aandoeningen, hoewel genetische afwijkingen meestal niet gevonden worden bij schisis. De gynaecoloog kan u het beste verder informeren over deze aanvullende onderzoeken. Als u dat wil kunnen we op korte termijn een afspraak regelen met andere leden van het prenatale schisisteam zoals de klinisch geneticus, plastisch chirurg en psycholoog. Zo kunnen we u als ouders verder informeren over de te verwachten behandelingen.

Keel-, Neus- en Oor- (KNO) arts en audioloog

De KNO-arts is gespecialiseerd in problemen in het keel-, neus- en oorgebied. Bij kinderen met schisis zien we vaak problemen ter hoogte van het middenoor. Dit kan de oorzaak zijn van 'vocht achter het trommelvlies' maar ook chronische problemen van het trommelvlies en middenoor. Hierdoor kunnen gehoorproblemen ontstaan en wordt samen met een audioloog bekeken wat de beste behandeling is. Dit kan gaan van het plaatsen van buisjes, greffe ter hoogte van het trommelvlies en eventueel aanpassen van hoortoestellen. 

Vanaf de geboorte onderzoekt de audioloog regelmatig het gehoor. Deze controles worden indien mogelijk gecombineerd met andere afspraken of met een bezoek aan de schisis consultatie. Een goed gehoor is belangrijk voor de spraakontwikkeling.

Als er spraak-/taalontwikkelingsstoornissen zijn, kan de KNO-arts samenwerken met logopedisten om aanvullend onderzoek te doen naar de precieze oorzaak en het behandelplan te bepalen. 

Kinderanesthesist

De anesthesist is verantwoordelijk voor het toedienen van de narcose tijdens de ingrepen voor schisis. In het UZ Brussel zijn kinderanesthesisten gespecialiseerd in het geven van narcose (verdoving) aan kleine kinderen. Op de afdeling worden zowel de ouders als het kind voorbereid voor de narcose. Een van de ouders mag altijd mee naar de operatiekamer tot na de inleiding van de narcose. De anesthesist draagt ook zorg voor het behandelen van pijn tijdens de herstelperiode na de operatie. 

Kinderarts / algemeen pediater

De kinderarts of algemeen pediater onderzoekt en volgt de lichamelijke ontwikkeling en kijkt of er eventuele andere aangeboren afwijkingen zijn. Als zich problemen voordoen op meerdere gebieden, zorgt deze specialist voor de coördinatie van de zorg.

Klinisch geneticus

De klinisch geneticus of erfelijkheidsdeskundige onderzoekt of de schisis op zichzelf voorkomt of dat het deel uitmaakt van een syndroom. De klinisch geneticus kan de ouders ook informeren over het risico op herhaling bij een eventuele volgende zwangerschap. Als een schisispatiënt(e) een kinderwens heeft, kan de klinisch geneticus een uitspraak doen over het verwachte risico op herhaling. 

Logopedist

De logopedist biedt vanaf de geboorte begeleiding bij voedingsproblemen. Vanaf de leeftijd van twee jaar vindt onderzoek plaats naar de spraak- en taalontwikkeling. De logopedist voert diagnostisch onderzoek uit naar spraak- en taalproblemen bij kinderen met schisis. Naast het stellen van de diagnose kan de logopedist ook adviseren over een logopedische behandeling door een logopedist bij u in de buurt.

Mondziekten-Kaak-Aangezichts- (MKA) chirurg

De MKA-chirurg werkt nauw samen met de orthodontist en tandarts om de groei van de kaak en de ontwikkeling van de tanden op te volgen. Bij een kaakspleet (gnathoschisis) sluit de MKA-chirurg de spleet met bot (vanuit de heup of kin). Het moment van deze ingreep hangt af van de tandontwikkeling en vindt meestal plaats rond de leeftijd van 9-10 jaar. Eventuele afwijkingen van de kaakstand kan de MKA-chirurg corrigeren bij het bereiken van de volwassen leeftijd. Het ontbreken van een tand kan soms worden opgelost door implantaten.

Orthodontist en Tandarts Bijzondere Tandheelkunde

Bij schisis waarbij de kaak betrokken is, kunnen er verschillende scenario’s voorkomen. In het gebied van de kaakspleet kan er sprake zijn van een tand te veel, te weinig, afwijkend van de vorm of normaal gevormde tanden. Daarnaast kunnen er problemen zijn zoals ruimtegebrek en een afwijkende stand van de bovenkaak ten opzichte van de onderkaak. De orthodontist en tandarts volgen samen met de MKA-chirurg de ontwikkeling van de tanden. Tijdens het wisselen van de melktanden naar het blijvend gebit wordt een beugel geplaatst. Voor het uitbreken van de blijvende hoektand sluit de kaakchirurg de losse kaakonderdelen door het plaatsen van een bottransplantaat in de kaakspleet. Zodra de blijvende hoektand door het bottransplantaat is doorgekomen, start de orthodontist weer met een beugel om een mooi gebit te maken. Dankzij moderne orthodontische technieken is het vrijwel voor elke patiënt(e) mogelijk om een mooi gebit te krijgen. 

Psycholoog

De psycholoog helpt u en uw kind bij het leren omgaan met de aangeboren afwijking. Zij volgt de ontwikkeling van het kind en biedt hulp als hier vragen zijn, zoals over gedrag, opvoeding en schoolkeuze.