The Lancet-publicatie over bijkomende bestraling bij niet-invasieve borsttumoren

Borstbestraling halveert de kans op herval na borstsparende heelkunde, zowel bij invasieve tumoren als bij niet-invasieve borsttumoren. Omdat de kans op herval het grootst is waar de tumor zich oorspronkelijk bevond, wordt er op deze regio soms een bijkomende bestraling (boostbestraling) gegeven. Tot vandaag was het niet duidelijk of deze boostbestraling diende uitgevoerd te worden bij medium of hoogrisico niet-invasieve tumoren. Het internationaal gerenommeerde tijdschrift The Lancet publiceert nu onderzoek van prof. Boon H. Chua over de impact van deze boostbestraling bij deze tumoren, met daarnaast een duiding over gepersonaliseerde bestraling, geschreven door diensthoofd radiotherapie van het UZ Brussel prof. Mark De Ridder en prof. Thomas Mulliez.

Uit de grote internationale vergelijkende studie van prof. Boon H. Chua die in The Lancet werd gepubliceerd, blijkt dat boostbestraling de kans op herval verminderde van 7,3% naar 2,9% na 5 jaar. De onderzoekers constateerden echter meer bijwerkingen.

De artsen-onderzoekers van de dienst Radiotherapie van het UZ Brussel schreven een extra duiding die door The Lancet werd geaccepteerd en mee werd gepubliceerd. Borstbestraling evolueert immers meer en meer naar een gepersonaliseerde bestraling waarbij voordelen worden afgewogen ten opzichte van eventuele bijwerkingen.

Het UZ Brussel blijft inzetten op gepersonaliseerde bestraling voor borstkankerpatiënten

Een geïndividualiseerde behandeling kan tot minder bijwerkingen leiden zoals bijvoorbeeld hart- en longschade. De mogelijke bijwerkingen zijn voornamelijk afhankelijk van de behandelingstechnieken en patiëntgerelateerde factoren. Het UZ Brussel beschikt over sterk geavanceerde technieken. Bestraling tijdens diepe inademing vermindert het bestraald volume hartweefsel. Het UZ Brussel implementeerde dit jaar als eerste wereldwijd het ExacTrac Dynamic systeem, een combinatie van oppervlakte- en warmtescanning om de ademhalingsblokkage nauwkeurig uit te voeren. Voor andere patiënten geniet een behandeling op MRIdian de voorkeur. De integratie van real-life MRI-beelden tijdens de bestraling is uniek in België.

Maar het personaliseren van de behandeling gaat nog verder. Prof. Mark de Ridder, prof. Thomas Mulliez en prof. Kurt Barbé (vakgroep wiskunde en data science) ontwikkelden risicotabellen die een inschatting kunnen geven over mogelijke laattijdige hart- en long schade door borstbestraling en dit in functie van de bestralingsdosis en patiëntgerelateerde factoren (zoals leeftijd, roken, ...). Dit werd in 2020 gepubliceerd in Radiotherapy and Oncology, het Europese tijdschrift van de Radiotherapie.